Geweten

Wat is dat geweten? In de psychoanalytische theorie vormt het geweten samen met onze idealen en zelfobservaties het superego. Het geweten en ons ideale zelf worden in de kindertijd gevormd. Het is het verinnerlijken van de wensen en geboden en verboden van ouders. Daarbij gaat het niet alleen om wat expliciet uitgesproken wordt, maar ook om alles wat een kind tussen de regels door leest en ervaart. Vanzelfsprekend zal wat van de ouders niet mag of juist moet vaak in tegenspraak zijn met wat het kind wil. Het kan naar twee kanten mis gaan met de gewetensvorming.

Gewetensfuncties kunnen niet of gebrekkig ontwikkeld zijn. Dat is bijvoorbeeld het geval bij mensen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Soms functioneert het geweten matig, omdat van velen met Godfried Bomans gezegd kan worden dat zij hun goede geweten danken aan hun slechte geheugen.

Maar het geweten kan ook te sterk gevormd zijn, zoals bij neurotisch functionerende mensen. Ze worstelen met strenge verboden of streven hoge, niet realistische idealen na. Perfectionisme is hiervan een voorbeeld, wat gepaard kan gaan met angstige of depressieve gevoelens. Een bevrijd geweten