16 december 2008

Een groot gebaar of eindeloze details

‘Heb je een fijne dag gehad?’ Een gewone, belangstellende vraag van een collega. In Deventer had ik een studiedag bijgewoond waar Glen Gabbard, hoogleraar psychiatrie aan het Baylor College of Medicine in Houston, een prachtige studiedag had verzorgd in de kenmerken en behandeling van twee persoonlijkheidsstoornissen. Op haar vraag gaf ik mijn collega ook twee antwoorden.

Mijn eerste antwoord was: ‘Super!‘

Mijn tweede: ‘Ik kwam om 9 uur 46 binnen. De juffrouw gaf me een kop koffie, ze stond in de ruimte waar Glen Gabbard al begonnen was te spreken. Ik liep met mijn koffiekopje naar een nog lege stoel, die precies voor de stoel van Bert van Luyn stond, die het congres georganiseerd had. Hij groette mij, omdat hij mij kende van een keer dat ik hem had uitgenodigd in Heerenveen om daar een lezing te verzorgen aan de hand van de Symforatapes, waar jij ook bij was, maar toen wat eerder weg moest. Ik ging dus zitten en kreeg van Bert …’

Het eerste antwoord past bij de theatrale, het tweede antwoord bij de dwangmatige persoonlijkheidsstoornis. In de workshop had Gabbard over beide stoornissen gesproken. Binnen de psychiatrie worden een tiental persoonlijkheidsstoornissen onderscheiden, waarvan de borderline persoonlijkheidsstoornis voor velen het meest bekend is. De twee stoornissen die in de workshop centraal stonden, de theatrale en de dwangmatige, zijn in bepaalde opzichten elkaars spiegelbeeld.

Bij mensen met een theatrale persoonlijkheid gaat het om aandacht. Om deze aandacht te krijgen worden emoties groots weergegeven, onderstreept door opvallende kleding, gedrag en gebaren. Want ze voelen zich niet prettig als ze niet in het middelpunt van de belangstelling staan. De cognitieve stijl, de wijze waarop bij hen het denken verloopt, werd door Gabbard impressionistisch genoemd. Het gaat om een vaak oppervlakkige emotie, met grote gebaren, precisie is minder van belang.

Mensen met een dwangmatige persoonlijkheid worden gekenmerkt door controle en perfectie, met hun kleren keurig op orde, zij het een beetje saai. Vanwege hun perfectionisme slagen ze er vaak moeilijk in om taken af te ronden. Als kind hebben ze weinig liefde of waardering ervaren van hun ouders, en hebben ze veiligheid leren zoeken in onafhankelijkheid en alles zeer goed doen, in de hoop alsnog liefde en aandacht te krijgen. De cognitieve stijl van dwangmatige mensen is precies, met veel feiten en details, emotie is minder van belang.

Beiden zijn als typen goed te herkennen, onder collega’s, binnen de familie of in de vriendenkring. Wat is de reactie van de omgeving op dergelijk gedrag? Iemand met theatrale trekken kan aanvankelijk ervaren worden als enthousiast en warm, maar al snel wordt het ervaren als onecht en vermoeiend. Iemand met dwangmatige trekken is graag bereid om anderen een klus uit handen te nemen, het moet tenslotte goed gebeuren, maar al snel wordt het door hen ervaren als sterk normatief en veroordelend.

Dat kan er toe leiden dat iemand met theatrale trekken minder echte aandacht gaat krijgen, wat het theatrale gedrag vervolgens zal versterken. En in de omgang met iemand met dwangmatige trekken kan de neiging ontstaan hem te passeren en niet meer bij zaken te betrekken, wat de angst en de behoefte om te controleren versterkt. Met andere woorden, iemands gedrag en de reacties van anderen daarop versterken elkaar en houden elkaar dus vaak in stand.

Mijn collega had een gewone, belangstellende vraag gesteld. En dus had ze, ongetwijfeld passend bij haar persoonlijkheidsstijl, gereageerd op mijn twee antwoorden: ‘Iets daar tussenin was ook goed geweest’. We konden er samen wel om lachten. De theatrale en dwangmatige cognitieve stijlen zijn uitersten: een groot gebaar of eindeloze details. Het is maar waar je van houdt. Felle kleuren of grijze precisie. Of iets daar tussenin. Had ik een fijne dag had gehad? Nou en of!