Mañana, mañana, volksziekte nummer 1
Je zou het met recht een
volksziekte kunnen noemen. Procrastinatie als volksziekte nummer 1. Waarbij het
overigens wel dringen is op die eerste plaats, want hart- en vaatziekten,
reuma, diabetes, obesitas of depressie worden ook wel voorgedragen als de
belangrijkste volkskwaal. Waarom moet daar procrastinatie bij? Wat is dat nu
weer voor engs?
Procrastinatie is een uit het
Latijn afkomstige vakterm voor uitstelgedrag. Het komt veel voor. Bij 20
procent van de mensen heeft het uitstellen een chronische vorm aangenomen,
aldus Joe Ferrari, professor aan de DePaul Universiteit in California, die veel
onderzoek deed naar procrastinatie. Schouwenburg, een Groningse onderzoeker,
schat zelfs dat onder studenten wel 70 procent last heeft van uitstelgedrag.
Met alle gevolgen, voor de persoon zelf, voor diens omgeving en de
maatschappij.
Want mensen die chronisch
uitstellen ontwikkelen vaker dan anderen allerlei klachten, waaronder
verkoudheden, maagdarm-klachten, depressieve gevoelens, angstklachten,
slapeloosheid, onzekerheid. Maar ook vrienden, familie of collega’s ervaren de
druk van iemands chronisch uitstelgedrag, omdat werk of taken tengevolge van
het uitstelgedrag of de gevolgen daarvan uiteindelijk bij hen terechtkomen. En
wanneer werk van zoveel mensen blijft liggen leidt dat ook tot grote
economische schade.
Minstens twintig procent laat
chronisch uitstelgedrag zien en ongetwijfeld is het percentage mensen wat af en
toe last heeft van uitstelgedrag veel groter. Alle reden dus om procrastinatie
volksziekte nummer 1 te noemen. Maar is het een ziekte? Daar zijn twee
kanttekeningen bij te maken.
In de eerste plaats is het geen
ziekte in letterlijke zin. Er zijn geen pillen voor, opereren is geen optie.
Het gaat om gedrag, uitstelgedrag. En zoals zovaak, jong geleerd, oud gedaan.
Want uitstellen begint al op jonge leeftijd, en velen kennen goed de stress
vlak voor toetsen op school, het huiswerk wat nog moet, of het opruimen van de
kamer. Een meer authoritaire opvoedstijl zou bijdragen aan het ontwikkelen van
uitstelgedrag, omdat de prikkel om in actie te komen steeds van een ander komt,
en niet van binnenuit.
Maar er is nog iets. Het kan dan
wel gedrag zijn, maar moet je het niet wat positiever benoemen? Misschien is
het wel een cultureel bepaald iets, zouden we wat gemakkelijker moeten zijn.
Niet deadlines, maar contact, met mensen, genieten, dat is pas belangrijk in
het leven. En dat andere, ach, mañana, morgen is er weer een dag, zouden ze in
Spanje zeggen, misschien kunnen we dan wel weer eens verder zien. Relax, man!
Dat is gemakkelijk gezegd, maar
voor mensen die het betreft geldt dit niet. Uitstellen en ontspannen, het gaat
niet goed samen. Dat is te begrijpen, want wat wordt er uitgesteld? Niet het
kopen van die nieuwe cd, of een lekker wijntje drinken, of internetten, of
kletsen, rechtstreeks of digitaal. Maar wel het opruimen, de belastingaangifte
voor 1 april, het reageren op die wat lastige mail. Het gaat dus om moeilijke,
stressvolle taken, die je wel wilt of moet doen. Het uitstellen neemt de druk
dan niet weg, maar laat deze bestaan. Met als gevolg dat je de druk nog langer
voelt!
Een eenvoudig gedachtenexperiment
volstaat. Laat je gedachten even gaan naar iets wat je al een tijdje uitgesteld
hebt. Je mag ook denken aan één van de boven genoemde voorbeelden. Je weet dat
het nog moet gebeuren, en eigenlijk had je het al veel eerder willen doen.
Hoevoel je je daarbij? We gaan verder. Stel je nu eens het volgende voor. Het
is klaar. Ja, echt waar, het is helemaal af. Je hebt het opgepakt en
uitgevoerd. Hoe voelt dat?
Het verschil zal voor de meeste
mensen goed voelbaar zijn. Wat heerlijk als het klaar is, als ik het wel op
tijd af heb. Maar, zo kan iemand verzuchten, dat lukt mij nooit. Want het kan
voelen als een ziekte, als iets waar het je maar niet lukt aan te ontsnappen.
Bij sommigen wordt uitstellen gevoed door faalangst. Anderen gaan voor de kick
van de deadline. Sommigen zijn gewoon lui, weer anderen weinig assertief of
schatten eigen mogelijkheden te hoog in. Maar hoe dan ook, het is een
ingeslepen gewoonte, net zo moeilijk te veranderen als roken of neuspeuteren.
De vergelijking met roken kan het
beeld versterken dat ontsnappen aan deze volkskwaal bijna niet mogelijk is.
Maar langzamerhand kan je dat in Nederland ook omdraaien in je voordeel. Want
als je het kan vergelijken met een gewoonte als roken, dan biedt dat steeds
meer hoop. Er zijn immers steeds meer mensen gestopt met roken. Elk op zijn of
haar eigen manier.
‘Doe het vandaag’ is de titel van
een zelfhulpboek van Schouwenburg, om stap voor stap het uitstelgedrag te lijf
te gaan. Dat moet ik maar eens lezen om mijn procrastinatie uit te bannen. Ik
kan bij de bibliotheek het boek aanvragen. Mañana.