Een hand geven
Handen vragen, slaan, strelen,
geven. Handen zijn zacht, slank, klam of droog. Er zijn beweeglijke handen, stille
handen, harde knuisten en wriemelende vingers. En natuurlijk zijn er
rechterhanden en linkerhanden, enkele mensen hebben slechts één soort. Er zijn
verzorgde handen en handen die anderen verzorgen, gelakte glitternagels en
treurige rouwranden. Aan handen valt heel wat te ontdekken, zelfs als ze in
onschuld worden gewassen. Handen worden ook inéén geslagen, of iemand krijgt ze
op elkaar. Met handen leren we tot tien tellen, slechts één vinger is nodig om
te beledigen. Handen weren af én handen maken contact.
Sommigen lezen handen, het
lijnenspel in handen wordt een vingerwijzing hoe de levensloop zich zal gaan
voltrekken. Daarover zal het niet gaan. Wel over het contact maken via handen
schudden, of geven. Aanleiding hiervoor was de opmerking van een patiënt die
zei liever niet steeds een hand te willen geven. Handen geven, waarvoor staat
dat?
Desmond Morris heeft als etholoog
in een aantal boeken het gedrag van mensen beschreven. In ´De naakte mens´
benoemt hij de handdruk als een relatieteken voor mensen die geen of een zwakke
persoonlijke band met elkaar hebben. Het formele gebaar heeft uit zichzelf
weinig betekenis, deze ligt in de uitvoering. Geeft iemand een stevige hand of
een slap handje, of biedt hij mogelijk slechts een bosje vingers aan.
Een handdruk (met de rechterhand)
kan versterkt worden door gelijktijdig de linkerhand op de hand, arm, schouder
of om de schouder van de ander te leggen. Vanzelfsprekend neemt hiermee de
intimiteit toe en komt het geven van een hand zo dicht bij een omhelzing. Zelfs
bij het formeel een hand geven buigen mensen zich iets voorover, zo blijkt uit
vertraagde opnames, wat volgens Desmond Morris de intentie tot omhelzen –
overigens tot hier en niet verder – verraad.
Ook wanneer alleen een hand wordt
gegeven zien sommigen de stand van de hand en arm als betekenisvol. Wie de
ander een hand geeft met de palm naar onderen zou dominant zijn, uiteraard is
de palm naar boven dan onderdanig. De tussenpositie, waarbij geen van beide
handen boven ligt wordt dan gezien als gelijkwaardig. Mij is niet bekend of
onderzoek dit bevestigt. Met het al dan niet strekken van de arm bij het geven
van een hand kan een ander letterlijk op afstand worden gehouden.
Een hand geven wordt in de
kindertijd geleerd. Geef die mevrouw eens een handje, wordt kinderen
voorgehouden. Het aanvankelijk op verzoek verlegen uitsteken van een mollig
handje ontwikkelt zich in de puberteit soms tot een identiteitszoekend krachtig
zwengelen, alsof het water van diep moet worden opgepompt. Geleidelijk komt na
de puberteit de hand weer tot enige rust.
Diagnostisch valt aan handen heel
wat te zien of te voelen. Handen kunnen net als voeten meer dan andere delen
van het lichaam zweten. Klam angstzweet kan dan duiden op angst of spanning,
net als trillende handen. Een gebalde hand kan boosheid verraden, plukkende
vingers kunnen wijzen op een delirium. Bij smetvrees is de huid van handen soms
kapot gewassen, bruine vingers zijn indicatief voor rookverslaving en
decorumverlies.
Is er ook een psychologie van
handen of handen geven? Veel kon ik niet vinden. In een boek over psychologie
van de hulpverlening stond een stuk over openingstechnieken, met daaronder een
subkopje begroeting. Daar werd in een paar zinnen gesteld dat de hulpverlener
iemand uit de wachtkamer haalt, een stevige handdruk geeft en zijn naam noemt.
Benadrukt wordt verder dat een begroeting passend bij de subcultuur sterk de
voorkeur heeft. Verder werd ons geleerd dan de eerste indruk al heel
informatief kan zijn over de aard van de problematiek. Die eerste indruk begint
bij de begroeting en handdruk, maar daar werd niet over uitgewijd.
Handen geven is iets wat mensen
geregeld doen. Aan handen valt veel te ontdekken, zo is wel duidelijk.
Ongetwijfeld hebt u vandaag weer heel wat handen gezien. Ik ben benieuwd wat u
gezien heeft. Maar ook: wat hebt u anderen vandaag met uw handen verteld?
Tot slot: mensen geven handen,
aan wie weet ik niet. Ik heb namelijk nooit gehoord wie die handen ontvangt.
Handen geven is eigenlijk wel een mooi relatieteken: bij handen wordt geven
beantwoord met geven. Dat is pas echt contact maken.