Frontale aansturing
Dit had de titel van een
informatief artikel over ontwikkelingen in de auto-industrie kunnen zijn. Bijvoorbeeld
over een intelligente chip onder de motorkap die de bestuurder helpt zich
veilig door het verkeer te bewegen. Zo las ik eens over sensoren die de afstand
van een auto tot zijn voorganger in de gaten houden en zo nodig aanpassen,
bijvoorbeeld door vermindering van de gasttoevoer. Dat is een mooie technische
oplossing voor het bumperkleven, één van de grotere ergernissen in het verkeer.
In deze column gaat het ook over
wat je zou kunnen noemen intelligente chips, maar dan die schakelingen die verscholen
liggen onder ons schedeldak, in de hersenen. Het voorste deel van de hersenen
wordt aangeduid met frontaalkwab en van hieruit worden allerlei zaken
gereguleerd. En net als bij auto´s, een goede aansturing draagt bij aan een
adequaat functioneren, ook in het sociale verkeer.
Een van de functies die
uitgevoerd wordt door de frontaalkwab is de zelfregulatie. Het onderdrukken van
een impuls, bijvoorbeeld om te snoepen, vraagt zelfbeheersing. In de cultuur
van de ´bigMac`s’en ´kingsize´ etensporties lijkt bij veel Amerikanen de
zelfbeheersing verdwenen. Een Amerikaans psycholoog, Roy Baumeister, schreef
over een gebrek aan wilskracht bij zijn landgenoten. In zijn visie is
wilskracht een schaars goed, wat gemakkelijk uitgeput raakt. Hij vergelijkt zelfbeheersing
met een spier: deze moet getraind zijn om goed te functioneren en kan verzuurd
raken bij te grote belasting.
In een onderzoek moesten
proefpersonen een ingewikkelde puzzel oplossen. Voor hen op tafel stonden
radijsjes en chocoladekoekjes. De ene groep kreeg de instructie alleen
chocoladekoekjes te eten, de andere groep mocht slechts op radijsjes knabbelen.
De groep die niet mocht snoepen van de koekjes verbruikte daarvoor zoveel
mentale energie, dat ze eerder stopten met het maken van de puzzel. Op basis
van dit en andere onderzoeken concludeerde Baumeister dat wilskracht uitgeput
kan raken.
Je zou dus wilskracht moeten
trainen. Bijvoorbeeld door te leren nee te zeggen tegen verleidingen. Of je
wordt zuinig op de beperkte wilskracht. Wees slim en zorg dat je weinig mentale
energie nodig hebt. Als chips niet in huis zijn, kom je `s avonds ook niet in
de verleiding. Of koop radijsjes. Let op voldoende rust en slaap, dat kan je
mentaal sterker maken. Veel mensen weten uit ervaring dat ze onder stress en
vermoeidheid verleidingen moeilijker weerstaan.
Volgens Baumeister hinderen kortetermijngeneugten ons in het bereiken van
lange termijn doelen. De vorig jaar tot hoogleraar benoemde Denise de Ridder
ging in haar oratie de confrontatie aan met deze visie. Directe belangen zijn
naar haar overtuiging niet slechts negatief te duiden, waarbij zelfregulatie
deze moet onderdrukken. De wens om te snoepen is op zich niet negatief, maar
moet gestuurd worden. Dat wil zeggen, er zal afwisselend aandacht besteed
moeten worden aan directe behoeften en verre doelen. In deze visie gaat het
niet om wilskracht, maar om de vaardigheid van het kunnen geven en verdelen van
aandacht voor beide belangen.
Zij illustreert dit met een
onderzoek bij vrouwen die zich zorgen maakten over hun gewicht en een dieet
volgden. De ene groep kreeg glossy bladen over lekker eten, de andere groep
informatie over gezond eten. Na afloop werd beide groepen een appel of een Twix
aangeboden. Iedereen koos de appel, maar de groep die had mogen lezen over
lekker eten, liet de Twix gemakkelijker liggen dan de andere groep. Door te
lezen over lekker eten konden ze gemakkelijker hun dieet volhouden. De boog kan
niet altijd gespannen zijn.
In de toespraak van De Ridder
gaat het dus over het frontaal besturen van zowel kortetermijnbehoeften als
langetermijndoelen. Je kennis verrijken met het luisteren naar zo`n oratie is
goed. Na afloop van de oratie werden geen radijsje en tomatensap, maar wijn en
lekkere hapjes gepresenteerd, en ook dat is goed. Zo hou je het vol.