dinsdag 7 oktober 2003

Zo'n dag is zo gek nog niet

Op 10 oktober is het de Nationale Dag voor de Geestelijke Volksgezondheid. Dit jaar is het thema: Schizofrenie, minder gek dan je denkt. De organisatie van deze dag ligt in handen van het Nationaal Fonds Geestelijke Volksgezondheid (NFGV), samen met vele andere organisaties. In 1997 werd voor de eerste maal een dergelijke dag georganiseerd, en het is goed dat op deze zevende Nationale Dag aandacht gevraagd wordt voor mensen die zelf of in hun omgeving geconfronteerd werden met de ingrijpende gevolgen die de ziekte schizofrenie met zich meebrengt. Zo’n speciale dag is minder gek dan je denkt.

Aandacht vragen voor zieken is goed. Zieke mensen zijn er altijd en zij bewonen deze wereld samen met hen die nog niet ziek zijn of die net hersteld zijn. Hoe gaan al deze mensen, patiënt, ex- of toekomstig patiënt, met elkaar om? Geeft de wetenschap van een gemeenschappelijk lot een gevoel van verbondenheid, tot uiting komend in zorg en aandacht voor elkaar? Het NFGV maakt door het organiseren van een Nationale Dag duidelijk dat volgens hen nabijheid en begrip niet vanzelfsprekend zijn en hoopt zo een ongewenst stilzwijgen te doorbreken. Maar willen we dat wel? Past het ons vandaag? Enkele tegenwerpingen op een rij.

Ik heb er niet mee te maken en hoop er ook niet mee te maken te krijgen. Prachtig, niet iedereen hoeft deze ziekte te krijgen. Van elke honderd mensen krijgen gemiddeld 99 deze ziekte niet. Ook leeft niet ieder van deze 99 mensen in de omgeving van die ene persoon met schizofrenie. Nee, niet iedereen wordt met schizofrenie geconfronteerd. Wel zijn er nog vele andere kwalen waar een Nationale Dag voor op zijn plaats is.

Echte ziekte, daar kan ik wel mee omgaan, maar psychische klachten, depressie, trauma, schizofrenie, het is allemaal aanstellerij. Gewoon flink zijn, dan ben je zo weer de oude. Met flink zijn is niets mis, weet ieder die geconfronteerd werd met gezondheidsklachten. Als iemand zijn been breekt, of last van zijn hart heeft is flink zijn prachtig. Bij de onderzoeken, de operatie, het dotteren, het revalideren, het flink zijn zul je hard nodig hebben. Zeker als je alles alleen moet doen, zonder andere mensen, die je helpen, ondersteunen, naar je luisteren, met je stil zijn, hulp bieden, etc. Want flink zijn doe je het liefste samen. Dat is niet anders bij ernstige psychische aandoeningen. Ook daar is kracht nodig om een diagnose onder ogen te zien, beperkingen te ervaren, vaak intensieve behandelingen te ondergaan, soms met veel bijwerkingen. Het is te hopen voor mensen die kampen met psychische problemen dat ook anderen dit zien en samen flink willen zijn. Soms door te luisteren, soms door samen stil te zijn.

Als je erover praat wordt het alleen maar erger. Je moet er geen aandacht aan geven, dan gaat het vanzelf over. Ook dat is goed herkenbaar. Zo gaan veel mensen om met klachten. Bij griep blijven zij werken, bij een te hoge bloeddruk ten gevolge van overgewicht wordt het eetpatroon doorgezet. Het diagnosticeren van longkanker bij een roker leidt niet tot stoppen met roken bij de persoon of diens omgeving. Net alsof het verstandig is om daar zo min mogelijk aandacht aan te geven. Er zijn mensen die erin slagen om tot hun dood geen aandacht te schenken aan kwalen. Maar of ze vanzelf over gaan? De stoere praat overstemt de onderliggende angst. Want bij ziekte is er sprake van controleverlies, het lichaam doet niet meer wat het eerder kon. Het is vervolgens kinderlijke hoop dat wat je ontkent te bestaan ook werkelijk niet bestaat.

Zoals gezegd wordt in deze week aandacht gevraagd voor mensen die geconfronteerd werden met schizofrenie en de ernstig invaliderende werking hiervan in hun leven hebben gezien. Voor wie het zien en horen wil bieden kranten, t.v., tijdschriften en internet een schat aan informatie. Voor wie de deur uit wil zijn er de schouwburgen, kerken, en buurthuizen waar in deze weken aandacht gegeven wordt aan deze psychiatrische aandoening.

Dus zo’n dag is zo gek nog niet? Naast de drie bovengenoemde redenen zijn er  meer tegenwerpingen te maken. Ik heb geen tijd, het is meer iets voor een ander, misschien later als de kinderen uit huis zijn, ik heb het zelf al zo moeilijk, alsof al die mensen op mij zitten te wachten, etc. Aandacht geven aan een ander, echte aandacht voor het leed dat anderen treft, vaak zijn we uitstekend in staat argumenten op te sommen waarom we het (nog) niet doen. Een laatste vraag: Wat zijn uw redenen om wel aandacht te geven aan de ander? Wanneer is het uw dag?